Bibliotheek in een fabriek

De Lochal is ontworpen als royaal publiek gebouw. De entreezone doet denken aan een overdekt stadsplein. Aan dit plein bevinden zich brede trappen, die ook als tribune worden gebruikt voor evenementen met meer dan 1.000 mensen. De trappen leiden de bezoeker door het gehele gebouw naar boven, begeleid door het licht dat binnenvalt door het glazen dak. Op de tweede verdieping vormen de vloeren en trappen een rondgang langs de historische glazen gevels en kan je verdwalen tussen boekenkasten om de rustigere lees- en werkplekken te ontdekken. Nog een verdieping hoger ligt het stadsbalkon, met een mooi uitzicht over Tilburg.

De atmosfeer in het gebouw past bij een levendig stuk stad. Zowel de historische constructie als de nieuwe architectuur zijn opgebouwd uit robuuste materialen; zwart staal, beton, glas en hout. De oorspronkelijke vloer, met smeerputten en rails, maar ook de kraanbanen en imposante constructie zijn behouden. De imperfectie van de materialen draagt sterk bij aan de sfeer. Vloeren, kolommen en trappen tonen hun karakteristieke texturen, vooral als het daglicht erop valt, gefilterd door het draadglas van de gevel.

Een grote ontwerpuitdaging was de balans tussen ruimtelijke kwaliteit en een constructief en bouwfysisch efficiënt gebouw. De gangbare strategie voor een groot, industrieel monument is het maken van glazen dozen die in de bestaande hal worden gezet. Hiermee zou echter de openheid van het gebouw verloren gaan. We hebben daarom gezocht naar alternatieven: De nieuwe constructie maakt gebruik van de draagkracht van de bestaande spanten – die zijn gebouwd om zware locomotieven te dragen – waardoor nieuwe kolommen tot een minimum zijn beperkt. Een slim installatieconcept met vijf klimaatzones houdt het klimaat in het gebouw comfortabel. Het grootste gedeelte van de hal is beperkt geklimatiseerd maar wordt op specifieke verblijfsplekken doelgericht verwarmd en gekoeld volgens het principe ‘heating the people, not the space’.

De nieuwe architectuur bouwt voort op het monument 1932. De ruimtelijkheid van de hal wordt versterkt door nieuwe diagonale zichtlijnen. De oude samengestelde kolommen hebben abstractere tegenhangers gekregen. Zij functioneren als coulissen voor de zijbeuken van het gebouw. Zes enorme beweegbare textiele wanden accentueren de schaal van het gebouw, definiëren verschillende ruimtes en verbeteren de akoestiek. Zo wordt binnen alle openheid de beschutting geboden voor evenementen.